vrijdag, juni 23, 2006

Een man om nooit te vergeten


Een paar dagen terug kreeg ik van een client een zak met tijdschriften. Thuisgekomen ondekte ik er een kleine rainbowpocket tussen, genaamd: ‘Een man om nooit te vergeten’, samengesteld door Emma Brunt.
In dit boekje staan 18 verhalen opgesteld, van met name schrijfsters (oa Helga Ruebsamen, Manon Uphoff, Jessica Durlacher, Lulu Wang, Elsbeth Etty, Nilgul Yerli) over die ene man in hun leven die zij nooit vergeten zijn.

Wat een heerlijk boekje en wat jammer dat het maar 140 blz. dik is! Ik heb hier tenenkrommend van genoten!
Over Helga Ruebsamens zeeman (‘Ik houd van macho, en niet van die vriendelijke, begrijpende figuren die het huishouden voor je willen doen’) die ze op een dag betrapte in haar mooiste jurk. Over Mensje van Keulens lover die per ongeluk zijn liefdesbrieven verwisseld had en haar de verkeerde brief stuurde, bedoeld voor zijn andere geliefde.
Het boekje (en dat doen goede boeken nogal eens) stemde tot nadenken. Wie is mijn ‘man om nooit te vergeten?

In de eerste instantie kwamen mijn eerste liefdes in gedachten de revue voorbij. Mijn eerste-bijna-kus. Ik had hem echter op het moment supreme zo angstig aangestaard, dat hij niet meer durfde. De volgende dag vloog hij terug naar Vancouver en schreef ik hem een jaar lang gepassioneerde liefdesbrieven. Slechts eenmaal kreeg ik een kaart terug. Ik vernam later dat zijn moeder bij hem had aangedrongen deze te schrijven en zij hem op de post had gedaan.

Daarna was er de Griek-Australier, mijn eerste keer smoorverliefd. Vijftien was ik, twee weken waren we samen en tot op de dag van vandaag kan ik me woord voor woord onze gesprekken herinneren. Hij was met stip de slechtste kusser ooit, en toch heb ik er gedichten over geschreven. Ach, l’amour, die eerste liefdes, wanneer je overrompeld wordt door dat prachtige gevoel en denkt, eindelijk: ik ben gelukkig, het begin van het sprookje is aangebroken. Je bent er van overtuigd de man van je leven te hebben ontmoet en verwacht wonderen van de liefde. Toen die wonderen niet standhielden voelde ik me bedrogen. Niet zo zeer door ‘de mannen’ (ik ben nooit op dat punt geraakt) maar door het leven waartoe ik gedoemd was. Mijn hart gebroken en diep ongelukkig, kon ik me niet inbeelden dat dat vreselijke gevoel ooit weer voorbij zou gaan. Ik zou voor de rest van mijn leven ongelukkig blijven. Toen dat gevoel ook weer sleet, ben ik de liefde (en vooral mijzelf) een ietsiepietsie minder serieus gaan nemen.

Maar mijn man die ik nooit zal vergeten kwam een paar jaar later. Laat ik hem Jojo noemen. Mijn eerste lange relatie. Tot ik Jojo ontmoette was ik ervan overtuigd dat ik een uitzonderlijk aardig meisje was.
Dankzij Jojo weet ik nu wel beter.
Ik ben buiig, egocentrisch en soms gewoonweg on-uit-staan-baar. Niet dat Jojo het slechtste in mij naar boven haalde, het lukte mij simpel niet meer om het aardige meisje een paar jaar lang te blijven spelen. Dat was ik nu eenmaal niet (de schok was voor ons beiden even groot).
Ik ben hem zeer dankbaar;
Toen ik nog een aardig meisje was, moest ik wel vervloekt zijn tot een verschrikkelijk liefdeslot. Pas op het moment dat ik inzag wat een ongelofelijke trut ik kon zijn dacht ik: ‘Zeg... Misschien heb ik er zelf ook nog wel een handje in.’
Het was een openbaring.
Daarom... is hij de man om nooit te vergeten.
Uiteraard ga ik hem dit van mijn leven niet vertellen (nog altijd bevriend), hij zou een week glunderend rondlopen als hij het bovenstaande wist (af en toe: ‘Zie je wel! Zie je wel! uitroepend) en dat is nu ook weer niet de bedoeling.

Mevrouw Brunt, geweldige samenstelling, dit boekje! Wat dacht U van een vervolg: ‘De vrouw om nooit te vergeten?’

zondag, juni 11, 2006

Kakkerlakkenplaag

Heel af en toe vraag ik mij af wat ik in hemelsnaam op Kreta zoek. Dan wilde ik dat ik in Nederland zat, ondanks verontrustende verhalen over een nieuwe politieke partij die kinderporno promoot.

Zo’n moment had ik een paar dagen terug...

Genietend van Michel Houellebecqs ‘Elementaire Deeltjes’ liep ik naar de keuken om een wijntje in te schenken. Achter de wijnfles zag ik plots een viertal grote, bewegende voelsprieten.
Ja hoor...twee reusachtige kakkerlakken...
Na de twee indringers te hebben geelimineerd dacht ik...kom laat ik uit voorzorg de kieren onder de voordeur met gif bewerken.
Ik spoot er wat gif in en binnen enkele seconden sprong er een heus kakkerlakkenleger naar buiten! Tientallen, tientallen, tientallen reusachtige monsters (zeker 8cm lang!), alsof ik me in een horrorfilm bevond!
Samen met de buurman ben ik een uur bezig geweest gif in alle kieren en hoeken van het huis te gieten en de daaruit springende beesten te vermoorden. Het zal voor omstanders waarschijnlijk een vreemd gezicht geweest zijn, van een afstand zag je mij, met bezem in de hand, her en der op de grond slaande en onderwijl vreemd dansend om de monsters geen kans te geven mijn broekspijpen in te kruipen.

Uitgeput, die nacht geen oog dicht gedaan. Met alle lichten aan geslapen (kakkerlakken zoeken toch het donker op? Toch? TOCH?) en de deuren met handdoeken gebarricadeerd...desondanks bleef ik attend op elk miniem geluidje, elk zuchtje wind.

Gelukkig lijkt het ergste kakkerlakkenleed –op dit moment- voorbij. Gisterenavond tijdens de tweede ronde gifspuiten trof ik nog maar 5 kakkerlakken aan.(jippie!!!!)

Op het moment lijkt Nederland mij een hemels land! Nagenoeg kakkerlakkenvrij!
U begrijpt, ik moet dit slagveld nog geestelijk verwerken.

Verder wil ik nog even melden dat ik discrimineer.
Ik doe mijzelf meestal voor als een zeer tolerant, ruimdenkend mens, maar ik geef het toe: ik ben een racist.

Vorige week ontmoette ik weer zo’n iemand die openlijk toegaf een boekenhater te zijn.
Sorry mensen, maar zodra ik van iemand verneem dat hij lezen en boeken haat, liever de film van het boek gaat zien, dan heb ik mijn oordeel klaarliggen.

Ik denk dan: ‘Hij/zij heeft de intelligentie van een gemiddelde kakkerlak’ –om t dicht bij huis te houden-.

Afijn.

PS Wil er nog iemand komen logeren in mijn pittoresk vrijstaand huisje vlakbij zee?